Op 1 februari schreef Anke In haar nieuwe '
Column van de Dag' op Beverwijk-, Heemskerk- en Velsen.Nieuws.nl over Suriname. Het was een verhaal dat te uitgebreid was voor één column. Daarom volgt woensdag a.s. deel 2 van Anke's belevenissen in Suriname. Nu, nog even om het geheugen op te frissen, dat eerste deel.
Suriname stond al heel lang op mijn lijst, maar toen onze Surinaamse badmeester 2 jaar terug, bij de opening van het buitenbad zei: “Jou zoen ik niet meer, je zegt nu al 15 jaar dat je zult komen en je komt nooit”, besloot ik dat het er nu echt van moest komen. En vorig jaar maart was het dan zover.
Visum
Voor Suriname heb je een visum nodig, maar toen ik de daarvoor benodigde gegevens bekeek, zag ik dat de prijs 2 dagen later van € 20 naar € 100 zou gaan. Daarvoor kon ik wel even wachten, bedacht ik en vertrok met wat nog te lezen kranten naar de Cuserstraat in Amsterdam. Daar stonden zo’n 500 mensen te wachten, aanvankelijk liep het nog wel door en de sfeer was ok, maar later stagneerde het steeds meer. Uiteindelijk had ik na 5 uur wachten, tegen 5 uur mijn visum.
Paramaribo
Eerst een paar dagen Paramaribo in “ Hotel Eco resort” , wat onze uitvalbasis zou blijven. De volgende ochtend is er een stadswandeling door Paramaribo met een bezoek aan de markt aan de Surinamerivier met verse vis en allerlei fruit.
In de hoofdstraat staan de Synagoge, de moskee en de prachtige Kathedraal naast elkaar:
[caption id="attachment_30044" align="alignnone" width="1200"]
De Waterkant is één van de grote straten van Paramaribo, met prachtige koloniale huizen o.a. het huis uit het boek van Cynthia McLeod ”De vrije negerin Elisabeth”. Deze bekende schrijfster zou ik de volgende dag bij Fort Amsterdam ontmoeten.
Dat is typisch voor Suriname: verreweg het grootste deel van de bevolking woont in Paramaribo en je komt regelmatig een “bekende” tegen. Jörgen Rayman is bekend om zijn vraag als Tante Es “Wie is je vader, wie is je moeder”. In Suriname stelt iedereen zich voor met zijn afkomst, bv. mijn vader was een marron, mijn moeder chinees en mijn grootmoeder Indiaans. De marrons waren ontsnapte slaven.
De volgende dag gaan we via Fort Amsterdam naar de plantage Frederiksdorp. Fort Amsterdam is een soort openluchtmuseum . We zien enorme waterketels en we horen, dat als er gevaar dreigde de slaven d.m.v. zang de overige plantages waarschuwden. De donkere mannenstemmen dragen natuurlijk ver.
Op de Plantage Frederiksdorp slapen we in oude dienstwoningen van de politie. Ik deel een woning met een echtpaar uit Duiven bij Arnhem. We hebben het gezellig met elkaar en voor we het beseffen spreken we in het Achterhoeks dialect, wat natuurlijk mijn moerstaal is.
Totaal zijn we met vijf personen, het andere echtpaar is een gepensioneerde hoge militair met zijn vrouw. Als lunch was er altijd een bakje rijst/bami/kippenpoot en sperzieboontjes. Prima, alleen had deze heer liever willen lunchen in een restaurant. Maar ja, dat is in het binnenland niet voorhanden.
[caption id="attachment_30043" align="alignnone" width="1200"]
’s Avonds maken we een prachtige tocht door het Matapicca moeras. We varen langs prachtige lelies, horen en zien prachtige vogels. Het gaat fout als een jonge knul van de andere boot een kaaiman vangt. Het beestje is daar niet van gediend en bijt het koordje door, waardoor de boot omslaat. Het echtpaar valt in het water… Razendsnel proberen we de camera, paspoorten en mobieltjes te redden… helaas kunnen we niet helpen, want dan zouden wij ook omvallen.
[caption id="attachment_30045" align="alignnone" width="960"]
Dan gaan we op weg naar Galibi om schildpadden eieren te zien leggen. Daarvoor gaan we vanaf Albina per boot over de wilde Marowijne rivier. Het is een prachtig gezicht, vooral als het enorme beest over het strand terug schuifelt naar zee.
[caption id="attachment_30042" align="alignnone" width="715"]
Op de terugweg bezoeken we de gevangenis van “Papillon” in Frans Guyana, u weet wel van de film Met Dustin Hofman. Dan door het Marowijnegebied een lange tocht terug naar Paramaribo, onze uitvalbasis voor meer tochten door dit prachtige land, zoals naar een vlindertuin, Cola creek en natuurlijk Jodensavanne en het bos.
Over 2 weken vertel ik over deze tochten!
Tan Bun!!