Vanmorgen is in Amsterdam de 33e editie van start gegaan van de Dam tot Damloop. Maar liefst 46000 lopers en loopsters wagen zich aan de afstand van 10 Engelse mijl (ruim 16 kilometer) met passage van de IJtunnel.
Als eerste mochten de professionele atleten uit de startblokken. Bij de heren was het de Keniaan Edwin Kiptoo die als de grote favoriet gold. In 2015 en 2016 had hij de Dam tot Damloop al op zijn naam weten te zetten en iedereen hield dan ook rekening met een hattrick.
Hij had echter te dealen met nog een enkele hardloopiconen zoals zijn landgenoot John Mwangangi, winnaar van de Dam tot Damloop in 2010 en 2014 en met de 23-jarige Ethiopiër Birhanu Legese die zich met een besttijd van 59.20 minuten mag rekenen onder de beste halve marathonlopers ter wereld.
Het was vandaag dan ook die 23-jarige Legese die de hegemonie van Edwin Kiptoo doorbrak door als eerste in het centrum van Zaandam de finishlijn te passeren met een eindtijd van 45,33 minuten. Gezien de uitstekende weersomstandigheden (weinig wind en rond de 15 graden) leek een poging om het 12 jaar oude record van Haile Gebrselassie (44,23 minuten) aan te vallen niet denkbeeldig. Twee jaar geleden lag Edwin Kiptoo in Zaandam geruime tijd op schema, maar moest op het eind toch bijna een minuut toegeven op de legendarische Ethiopische atleet. En ook nu bleek een nieuw wereldrecord te hoog gegrepen.
De tweede en de derde plaats bij de heren waren voor de Ethiopiërs Yenew Alamirez (2) en Jiksa Tadesse (3). De gedoodverfde favoriet Edwin Kiptoo eindigde uiteindelijk net buiten het podium op de 4e plaats.
Khalid Choukoud kwam als eerste Nederlander over de streep met een tijd van 47,29 minuten. “Helaas net geen persoonlijk record, maar ik ben wel tevreden met deze tijd”, sprak Choukoud bij de finish.
Bij de vrouwen was het de Oegandese Mercyline Chelangat die de overwinning voor zich opeiste voor de Ethiopische Sofia Assefa en de Japanse Risa Takenaka. Jip Vastenburg kwam als eerste Nederlandse vrouw over de finish.
