BEVERWIJK / HEEMSKERK - Dat fraaie natuur in stedelijk gebied, zelfs direct naast de A9, geen illusie is bewijst een wandeling langs het water in de Broekpolder op de grens van Beverwijk en Heemskerk. Mooie waterpartijen, omzoomd door riet, rijen knotwilgen en bloeiende waterlelies. Kijken we echter ín het water dan zou je daar als natuurliefhebber toch wat meer leven verwachten. Vooral wilde eenden, toch in de meeste sloten en vijvers dominant aanwezig, blijken hier vrij zeldzaam.
(bron: IJmond360)
Hoe dat komt? Vooral na de recente berichten over het Aagtenpark ben je bij de naam Broekpolder al snel geneigd om te denken aan vervuiling. Alleen lijkt ’t er in dit geval op dat vervuiling geen rol speelt. Nog sterker: het zou wel eens kunnen dat juist het schoner worden van het water een rol speelt in de afname van het aantal wilde eenden.
Dat het aantal wilde eenden in de Broekpolder de laatste jaren flink is afgenomen is al heel wat bewoners opgevallen. “Voorheen zaten er volop eenden, ze liepen nu en dan zelfs je keuken binnen”, aldus een bewoner van de Broekpolder die net zijn hond uitliet langs het water. “Watervogels zijn er nog genoeg: zwanen, waterhoentjes, futen, zelfs nu en dan een ijsvogel. Maar ‘gewone’ eenden zie je bijna niet meer.
Meeuwen
Is dit nu specifiek het geval voor de Broekpolder. Dat lijkt niet zo. Op basis van onderzoek van de Vogelbescherming en Sovon blijkt dat de afgelopen 12 jaar de populatie wilde eenden in Nederland met gemiddeld 5% per jaar is afgenomen. Oorzaak: er zijn letterlijk te veel rovers op de kust. Rovers in de vorm van katten, vissen, reigers, snoeken en vooral meeuwen. Door al deze predatoren, die de pulletjes zien als een niet te versmaden lekkernij, is de overlevingskans van jonge eendjes teruggebracht tot zo’n kleine 15 %. En met het aantal meeuwen in de Broekpolder is die overlevingskans wellicht nog wat kleiner.
Dan kun je je nog afvragen: waarom zijn er zoveel meeuwen in de Broekpolder. Een bewoner heeft daar wel een verklaring voor: “Kijk hier over de dijk en je ziet meteen tankstation Akermaat. Veel meeuwen komen daar op af, omdat er veel voedsel te vinden in en rond de vuilnisbakken. En dan is de oversteek naar de Broekpolder snel gemaakt”. Tel daarbij op dat er ook veel huizen staan met platte daken waar de meeuwen gemakkelijk op kunnen nestelen, en de ‘meeuwenhemel’ is compleet.
Maar er is nog een mogelijke oorzaak waardoor de pulletjes weinig kans op overleven hebben, en dat is het schone water. Het klinkt onwaarschijnlijk. Immers, je denkt eerder aan vogelsterfte door vervuiling van het water dan door het schoner worden ervan. Toch lijkt ’t een rol te spelen. In troebel water zijn pulletjes voor rovers, zoals meeuwen, moeilijker te herkennen. In het schone water daarentegen blijken die kleintjes vanuit de lucht prima te ontwaren.
Laat dit overigens vooral geen reden zijn om het water meer te gaan vervuilen. Er zijn andere manieren om te zorgen dat er voldoende schuilplaatsen zijn voor jonge eendjes. En wat een wandeling langs het water van de Broekpolder aantoont is dat is waar aan gewerkt wordt, gezien de enorme hoeveelheid riet die de waterkanten inmiddels siert. Hoge oevervegetatie langs waterkanten zoals lisdodde en riet geeft de kuikens dekking tegen roofdieren en is bovendien goed voor insecten en andere beestjes die door de kuikens worden gegeten.
Of dat de teruggang van het aantal wilde eenden kan terugbrengen blijft de vraag. Maar er zijn in de Broekpolder ook nog andere watervogels die er baat bij hebben, zoals zwanen, waterhoentjes, futen en en zo nu en dan die ijsvogel.